Vijf jaar geleden besloot Kristof Van Heeschvelde zich het kunstenaarschap eigen te maken. Sinds half november 2011 heeft hij een atelier bij NUCLEO. Dit nieuwe habitat zorgde voor een opmerkelijke groeispurt.
Het atelier bevindt zich in een beschermd pand in het grote begijnhof van Gent. Wat ooit Convent Ten Bergen heette en door een 25tal begijnen werd bewoond, doet nu dienst als een creatieve werkpoel waarin kunstenaars en enkele organisaties huizen. Aan de grote hoeveelheid olieverfdoeken en potloodtekeningen te zien, wordt ook in het atelier van Kristof Van Heeschvelde duchtig gewerkt. Het vaste werkregime in het atelier bestaat uit twee volle dagen waarbij de kunstenaar tegelijkertijd aan verschillende werken bezig is. Sinds de geïmproviseerde ruimte aan het thuisfront omgeruild kon worden voor het atelier, maakt Kristof van Heeschvelde meer werk dan ooit aan een snel tempo.
Kunstenaar/architect
Het was voor Van Heeschvelde geen moeilijke beslissing om als kunstenaar individueel te gaan werken: “Ik heb een tijd in een band gespeeld en dat was lastig. Het is zoals een relatie hebben met verschillende mensen tegelijkertijd: dat is véél te afleidend. Ik ben liever op mezelf.” De kunstenaar studeerde architectuur, volgde in de avonduren modeltekenen en begon daarna halftijds te werken voor een architectuurbureau. Maar het bleef kriebelen: “Toen ik naar het hoger onderwijs ging, heb ik voor architectuur gekozen maar wilde ik nog iets doen met schilderkunst. En voor schilderen bestaat er toch geen exacte manier: de juiste manier is je eigen manier wordt gezegd, dus… Maar je ziet wel dat ik geen schilderkunst gevolgd heb of een andere beeldende kunsten richting in het dagonderwijs.” En dat ervaart hij vooral als een voordeel: “Qua denkpatroon zit ik op een zijspoor, in tegenstelling tot diegenen die afstuderen. Maar om bekendheid te verwerven is het wel een nadeel: je studeert af met een bepaald netwerk en dat heb ik niet.”
Onheil
Kristof Van Heeschvelde haalt inspiratie uit de wereld rondom hem, uit prentenknipsels, op rommelmarkten gevonden foto’s, eigen foto’s, films etc. Mensen spelen de hoofdrol: “Ik werk altijd met één of twee figuren op de voorgrond die weinig of niets met de achtergrond te maken hebben. Dat is ook de bedoeling: mijn werk gaat over de mens; ik wil aantonen dat we teveel bezig zijn met onze eigen directe omgeving, met onszelf. We weten niet goed wat er om ons heen aan het gebeuren is en zien the big picture niet meer.” Hij toont ons het werk Pigeon (2012) waarop een meisje te zien is met rechts van haar een duif die statisch in de lucht hangt. De achtergrond is donker, maar een eigenaardige lichtkrans omhult de duif en verlicht het meisje. “Ik schilder altijd onheil (lacht), en in dit geval heeft het meisje het onheil niet in de gaten. Maar ik heb het zelf ook niet in de gaten (toont schilderij met zelfportret WTF (2012), red.), want ik wil mij niet distantiëren van de rest van de wereld en ik wil zéker niet zeggen: ‘ik heb alles door en de rest van de wereld niet’.”
Aan de andere kant van het atelier staat een goud geverfd elektronisch reclamepaneel, met daarin een drietal getekende portretten gemonteerd die afwisselend in beeld komen. Eén daarvan doet denken aan een evenbeeld van Beatrix, maar het is een foto die Van Heeschvelde op Facebook vond: “Dat is eigenlijk een afbeelding van een kunstliefhebster die aan het rondkijken is op een tentoonstelling. Ze kijkt niet naar de kunst, maar om zich heen alsof ze zich afvraagt ‘Doe ik het wel juist? Kijk ik wel naar het juiste werk?’ ”
Als toeschouwer kijk je naar de dame, zij kijkt op haar beurt naar anderen. Iedereen staat te kijk. “Een reclamepaneel is sowieso een aandachttrekker. Ik heb het goud geschilderd omdat die kleur voor mij belangrijkheid betekent.” En ook tussen deze tekeningen is opnieuw een zelfportret te zien: “Ik heb mezelf hier tussen geplaatst omdat ik commentaar kreeg in de zin van: ‘je vindt ons dwaas of dom’. En ja, ik vind de mensheid wel dom, maar ik sluit mezelf daar niet van uit. Ik wil zeker niet onschuldig blijven. De mensheid is teveel met zichzelf bezig en vindt vooral ‘ik’ erg belangrijk. Terwijl het eigenlijk allemaal om zeep wordt geholpen: ecologisch èn economisch. Daar ben ik naast mijn kunst ook heel erg mee bezig. Ik ben geëngageerd op dat vlak en ik wil dat ook in mijn werk verwerken. Niet te direct… maar toch wel een beetje (lacht). Vandaar dat onheil in m’n werk.”
Engagement
Van Heeschvelde tracht in het dagelijkse leven de eigen ecologische voetafdruk te minimaliseren en informeert zijn omgeving op vlak van politieke en economische problemen. Al kan je dit contradictorisch noemen, want als kunstenaar beweert hij zelf ook één van de dommeriken te zijn: “Ik probeer inderdaad ecologisch te leven, maar je kan dat niet voor honderd procent. Je kan alleen maar je best doen. Ik zondig ook… ik bedoel, ik eet geen tonijn, maar als ik sushi ga eten ligt er af en toe wel tonijn op m’n bord. Het is een ludiek voorbeeld, maar je kan gewoon niet honderd procent ecologisch leven, je bent altijd een hypocriet, tenzij je in een grot kruipt. Maar je kan wel bewust leven en je best doen. Dat is ook het enige dat ik verlang van de mensen: dat ze hun best doen en verder nadenken of ze wel goed bezig zijn. Ik wil gewoon informeren, maar je doet ermee wat je wil. En dat is in mijn werk ook te zien: ik wil informeren, geen verwijten maken.”
Aliens & duiven
“Titels zijn voor mij eerder een momentopname. Op een bepaald ogenblik moet ik een titel hebben en deze wordt bepaald door een gedachtekronkel van dat moment. Zo is The governement refuses to comment (2012) gebaseerd op de oorsprong van het beeld zelf. De achtergrond is een still uit de klassieke film ‘The day the earth stood still’ op het moment dat de alien (de man met de aktetas, red.) ontsnapt is en gewoon op straat rondloopt. Op deze still stond de ondertiteling die de titel van het doek is geworden.”
De jongen op de voorgrond van dit werk bevindt zich in een bizarre staat van zinsverbijstering, de blik op oneindig. De figuur is gebaseerd op een foto die Van Heeschvelde op de rommelmarkt vond en maakte deel uit van een reeks ‘trofeeënfoto’s’ uit de jaren zeventig/tachtig. Maar de kruisboog die de jongen op de foto vasthoudt werd op doek een slangachtige, mythologische figuur. Ook de duif uit Pigeon (2012) is geïnspireerd op de klassieke schilderkunst. Niet de inhoudelijke betekenis wordt overgedragen naar het nieuwe beeld, het is de specifieke sfeer wat die de kunstenaar wil overbrengen. Het is een sfeer die ook terugkomt in schilderwerken van Rembrandt, Caravaggio, Vélazquez, Goya, Francis Bacon, Sam Dillemans en fotografen als Erwin Olaf en Joel-Peter Witkin; allemaal kunstenaars die een grote bron van inspiratie vormen voor Van Heeschvelde. Ook de muziek die in het atelier weerklinkt – gaande van ingetogen kleinkunst tot pompeuze Wagner en ruige metal - draagt bij tot het uiteindelijke resultaat van het werk.
Op vrijdag 13 april gaat Level-Up van start in de Gentse Hoogpoort. Kristof Van Heeschvelde zal er tentoonstellen, samen met Joachim Coucke, Mira Albrecht, Thanh Long Lam en Willem Vermeersch. De werken die hier getoond worden, staan in het atelier reeds klaar. Maar het is niet zeker of deze nieuwe werken binnen tien jaar nog zullen bestaan: “Ik overschilder m’n eigen werk dikwijls. Het kan dat ik na een paar jaar vind dat een werk niet goed genoeg meer is. Dan irriteert zo’n werk me. Sommige werken behoud ik, maar onder bijna elk nieuw schilderij zit een ander schilderij verborgen.” Dit is een oeuvre dat in het ‘nu’ bestaat: zonder archief, enkel bestaande uit nieuwe en vers geschilderde werken.
Level-Up: Hoogpoort 60, 9000 Gent // van 14 april tot 29 april // open op zater- en zondagen tussen 14u00-18u00 of via afspraak 0487148230
website: www.vanheeschvelde.be // galerie: www.jandhaese.be
interview: NUCLEO // tekst + beeld: Sara Peeters